Veelgestelde vragen

Vind het antwoord op uw vragen in onze FAQ’s en de lijst met meestgestelde vragen op deze website. De FAQ / veelgestelde vragen zijn gesorteerd per thema.
10 resultaten

Bewakingsagent

Hoe kan ik een bewakingsagent herkennen?

  • Uniform:

    Behoudens enkele uitzonderingen (bijv. een winkelinspecteur of een bodyguard) zijn bewakingsagenten verplicht om een uniform te dragen.

Dit uniform moet bovendien aan een aantal bestaande voorwaarden te voldoen:

  1. Het mag geen aanleiding geven tot verwarring met het uniform van agenten van de openbare macht. Zo mogen bijv. metalen knopen, kepies of schouderstukken geen deel uitmaken van het uniform van bewakingsagenten;

  2. De kleuren van het uniform zijn uitsluitend zwart, wit, geel of rood of een mengeling van deze kleuren;
  3. Het uniform bevat naast de naam en het logo van de vergunde bewakingsonderneming/interne bewakingsdienst en eventueel de woorden “SECURITY”, “SECURITE” of “VEILIGHEID”, geen andere opschriften, tekeningen, insignes,…
    • Vigilisembleem:

      Naast de hierboven bedoelde voorwaarden dient er op de rechterborstzijde van de zichtbare bovendelen van het uniform van de bewakingsagent tevens een vigilisembleem gestikt te zijn.

      Dit herkenbare “V-teken” wordt exclusief door de FOD Binnenlandse Zaken uitgereikt aan de vergunde bewakingsondernemingen en interne bewakingsdiensten.

      Vigilis embleem
       

    • Identificatiekaart:

      Uitgezonderd operatoren van alarmcentrales (nieuw), die immers niet zichtbaar in contact komen met het publiek, zijn bewakingsagenten wettelijk verplicht om tijdens de uitoefening van bewakingsactiviteiten hun door de FOD Binnenlandse Zaken afgeleverde identificatiekaart op een duidelijk leesbare wijze te dragen. Het zal niet meer volstaan om een ondernemingsbadge zichtbaar te dragen en de identificatiekaart bijvoorbeeld louter op zak te hebben (nieuw).
      Hoewel winkelinspecteurs hun identificatiekaart niet dienen te dragen tijdens hun observaties, moeten ook zij deze identificatiekaart duidelijk zichtbaar dragen wanneer zij een winkelklant interpelleren.
      Identificatiekaart Beveiliging  
       

    Het belang van de kaart is evident:

    1. Voor de bewakingsagent:
      Hij bewijst met zijn geldige kaart dat hij zijn bewakingsfunctie wettelijk mag opnemen. Zonder kaart kan hij immers geen bewakingsactiviteiten uitoefenen.

    2. Voor de controle-instanties (politiediensten en bevoegde inspecteurs):
      De bewakingsagent moet bij elke controle zijn kaart afgeven wanneer dat gevraagd wordt.

    3. Voor de burger:
      Deze moet kunnen weten met welke bewakingsagent hij geconfronteerd werd om bijvoorbeeld bij onheuse behandeling klacht te kunnen indienen. De bewakingsagent moet zijn kaart dan ook tonen aan elke burger die erom vraagt.

    4. Voor de klanten van een bewakingsonderneming:
      Klanten die de bewaker wensen te identificeren alvorens hij beveiligde zones betreedt of waarden ophaalt of om na te gaan of het om een echte dan wel een valse bewakingsagent gaat.​

    Welke bevoegdheden heeft een bewakingsagent?

    De wet voorziet 3 soorten bevoegdheden die steeds gepaard gaan met specifieke regels of voorwaarden. Deze regels zorgen o.a. voor een vrijwaring van de fundamentele rechten van de burgers.

    1. Generieke bevoegdheden: bevoegdheden die gelden bij de uitoefening van bewakingsactiviteiten ongeacht de omstandigheden (art. 94 tot 120 van de wet private veiligheid).

    • Toegangscontrole van personen en bij niet publiek toegankelijke plaatsen van voertuigen.
    • Identiteitscontroles bij alle (nieuw) niet voor het publiek toegankelijke plaatsen.
    • Bewaking van de veiligheidsperimeter bij noodsituaties.
    • Bewaking op de openbare weg in gelimiteerde gevallen.

    2. Activiteitsgebonden bevoegdheden en/of verplichtingen: bevoegdheden waarover een bewakingsagent enkel beschikt indien hij een bepaalde bewakingsactiviteit uitoefent (art. 121 tot 135 van de wet private veiligheid). bijv.: 

    • Winkelinspectie (het interpelleren van klanten die van diefstal worden verdacht.
    • Verkeersbegeleiding (de bewakingsagent heeft op dat moment ook de bevoegdheden als signaalgever).
    • Beveiligd vervoer (gebruik van ontwaardingssystemen).
    • Uitgaansmilieu (de activiteiten aan de in- of uitgang gebeuren in het gezichtsveld van camera’s, behalve in occasionele dansgelegenheden).

    3. Situationele bevoegdheden: bevoegdheden waarover een bewakingsagent enkel beschikt op specifieke plaatsen of in specifieke situaties (art. 136 tot 145 van de wet private veiligheid). bijv.:

    • De systematische controle van en in de voertuigen bij het verlaten van sites waar nucleair materiaal wordt bewaard.
    • Het zoeken naar onbevoegde personen op nucleaire sites of in bepaalde havenfaciliteiten.

    Diefstal & oplichting

    Welke investeringsaftrek is voor ondernemingen mogelijk op vlak van inbraakbeveiliging?

    Alle informatie hierover kan u - op de website van FOD Financiën - vinden in het Investeringsaftrek-document 275U: https://financien.belgium.be/nl/ondernemingen/vennootschapsbelasting/aangifte/formulieren 

    Mogen alarmsystemen telefonisch of deur-aan-deur verkocht worden?

    Het is niet toegelaten alarmsystemen en/of diensten van alarmopvolging telefonisch of door middel van bezoek bij particulieren aan te bieden, tenzij op voorafgaandelijk verzoek van de te bezoeken persoon. (Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, art. 156)

    In het verleden formuleerden politiediensten herhaaldelijk klachten van burgers over telefonische en deur-aan-deur verkoop van alarmsystemen. Niet zelden lieten deze verkopers onjuist uitschijnen bezoek te brengen in afspraak met de politiediensten. Deze praktijken leidden tot onrust en een toename van het onveiligheidsgevoel. Sinds de invoering van de wet van 2 oktober 2017 zijn deze ambulante en telefonische verkoop van alarmsystemen niet langer toegelaten.

    Wenst u evenwel een melding te doen van een probleem? Dat kan schriftelijk via [email protected].

    Mag ik beroep doen op een niet-erkende installateur van camera- of alarmsystemen?

    Neen, dit is verboden. U kan de lijst van alle vergunde ondernemingen terugvinden op de BeSafe-pagina Vergunningen en activiteiten | BeSafe .
    ​​​​​​​
    (Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, art. 17)

    Wat is de belangrijkste troef van het Centraal Fietsregister?

    Dit systeem is nationaal en zal van toepassing zijn op alle fietsen (fietsen, gemotoriseerde fietsen en speed pedelecs, zoals gedefinieerd in de Wegcode) die zich voornamelijk (dit wil zeggen meestal) op het Belgische grondgebied bevinden. 
    Dit systeem zal gebruikt worden door de lokale politie over het hele land om de eigenaar van een gestolen fiets op te sporen. Zo zal een in Aarlen gestolen en in Oostende teruggevonden fiets gemakkelijker teruggegeven kunnen worden aan de eigenaar. Wanneer de fiets gemarkeerd en geregistreerd is op basis van een provinciaal of lokaal systeem, verloopt de zoektocht veel ingewikkelder, aangezien men reeds moet kunnen identificeren welke instelling de fiets gemarkeerd heeft en niet alle politiediensten hebben toegang tot deze verschillende registratiesystemen (naast het markeren of graveren van het rijksregisternummer op het fietsframe). 

    Het is de bedoeling om een uniek systeem te hebben dat voor heel België werkt.

    Hoe zal het Centraal Fietsregister werken?

    Door u op het platform te registreren, zal u de mogelijkheid hebben om uw fiets gratis te registreren en om met een simpele muisklik aan de regionale overheden te vragen om u per post een sticker met een uniek nummer met een QR-code op te sturen, die u vervolgens op het frame van uw fiets zal moeten kleven (de te volgen instructies zullen eveneens worden meegedeeld).
    Indien uw fiets helaas gestolen is (om uw fiets zo goed mogelijk te beveiligen, raadpleeg onze webpagina ‘Preventie fietsdiefstal’), zal u dit moeten melden op het platform en klacht moeten indienen bij de politie. 
    De lokale politie (die territoriaal werkt), zal over het hele land toegang hebben tot het Centraal Register en zal dus snel contact met u kunnen opnemen indien ze uw fiets teruggevonden heeft en uw fiets terug kunnen geven.

    Welke informatie zal gevraagd worden voor registratie in het Centraal Fietsregister?

    Naast uw persoonlijke identificatie (naam, voornaam, adres, telefoon, mail,…), zal u een aankoopbewijs van uw fiets moeten voorleggen en zal u verschillende fietskenmerken moeten kunnen vermelden (merk, kleur, type, nuttig identificatie-element zoals de reeds uitgevoerde vorige markering,…). De bedoeling hiervan is de fiets te kunnen identificeren en zo vlot mogelijk contact met u te kunnen opnemen.

    Mijn fiets is reeds gegraveerd of gemarkeerd. Wat verandert er voor mij met het nieuwe Centraal Fietsregister?

    Indien u uw fiets hebt laten graveren of markeren met uw rijksregisternummer (via de gemeenschapswachten of de diefstalpreventieadviseurs van uw gemeente of van de lokale politie), zal het nog steeds mogelijk zijn om het momenteel actieve systeem te gebruiken. Om de toegang tot uw contactgegevens (met name het in het nieuwe systeem gevraagde telefoonnummer of e-mailadres) te vergemakkelijken, is het evenwel verkieslijk dat u zich in het Centraal Fietsregister registreert en dat u uw rijksregisternummer vermeldt in het daartoe voorziene vak (ander fietsidentificatie-element). Zo zal de politie, zelfs indien u geen nieuwe sticker aanvraagt, een opzoeking kunnen doen op basis van het op de teruggevonden fiets vermelde nummer, uw registratie kunnen terugvinden en gemakkelijker contact met u kunnen opnemen. Dit zal ieders werk vergemakkelijken. 

    Indien uw fiets geregistreerd is in een lokale of provinciale databank (zie onderstaande niet-limitatieve lijst) en gemarkeerd is, moet u zich bewust zijn van het risico dat deze databanken mettertijd zullen verdwijnen. Ze zullen niet meer gevoed worden (aangezien we het gebruik van het nieuwe centraal register promoten) en zullen op termijn ook niet meer geraadpleegd worden door de politiediensten die er momenteel toegang toe hebben. Het is dus sterk aan te raden om uw fiets in het nieuwe systeem te registreren met vermelding van de markering (over het algemeen een uniek nummer) dat zich reeds op uw fietsframe bevindt, in het daartoe voorziene vak (ander fietsidentificatie-element). Zo zal de politie, zelfs indien u geen nieuwe sticker aanvraagt, een opzoeking kunnen doen op basis van het op de teruggevonden fiets vermelde nummer, uw registratie kunnen terugvinden en gemakkelijker contact met u kunnen opnemen. 
    De betrokken databanken zijn met name:

    • BIKEBANK (provincies Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Limburg).
    • GEVONDENFIETSEN.BE (provincies Antwerpen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Limburg).

    Bovendien werd melding gemaakt van verschillende lokale werkwijzes bij de uitvoering van een enquête bij de gemeenschappelijke preventiediensten en bij de gemeenschapswachten.  Deze werkwijzes hebben geen bestaansrecht meer wanneer het nieuwe Centraal Fietsregister actief zal zijn.  De eigenaar van een gemarkeerde fiets zal steeds de mogelijkheid hebben om zijn/haar fiets op het nieuwe platform te registreren.

    Tot slot blijven de verschillende websites, zoals verlorenofgestolen.be (Antwerpen en Leuven), van bepaalde lokale politiediensten of Facebook-pagina's (Page Veloflic Polbru, Facebook-pagina gevonden in Oostende, Gevonden fietsen Blankenberge,…) uiteraard actief. Het zijn geen fietsregistratieplatformen. Ze verstrekken informatie over teruggevonden fietsen (en soms andere voorwerpen) die helaas niet over een markering beschikken om hun eigenaar te kunnen identificeren.

    Ik wens meer informatie over online oplichting

    Informatie over online oplichting kan u vinden onder het thema cybercriminaliteit