Veelgestelde vragen

Vind het antwoord op uw vragen in onze FAQ’s en de lijst met meestgestelde vragen op deze website. De FAQ / veelgestelde vragen zijn gesorteerd per thema.
48 resultaten

Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS)

k. Wat is de termijn om een vaststelling van een inbreuk op artikel 3,3° van de GAS-wet (de verkeersgerelateerde inbreuken) over te maken aan de sanctionerend ambtenaar?

Er geldt een termijn van 2 maanden om de vaststellingen van de inbreuken op artikel 3,3° van de GAS-wet (de verkeersgerelateerde inbreuken) over te maken aan de sanctionerend ambtenaar. Dit is dezelfde termijn als bij de vaststelling van de overige inbreuken. Dit is echter geen vervaltermijn, maar een termijn van orde (geen verplichtend karakter).

j. Hebben vaststellingen in het kader van de GAS-wet bijzondere bewijswaarde ?

De algemene regel is dat alle vaststellingen in het kader van de GAS-wet gelden ten titel van inlichting. Enkel de processen-verbaal waarin de politie inbreuken op artikel 3,3° GAS-wet (de verkeersgerelateerde inbreuken) vaststelt, hebben bewijskracht tot bewijs van het tegendeel. Voorwaarde is dan wel dat een afschrift van het proces-verbaal aan de overtreder wordt toegezonden binnen de 14 dagen, te rekenen vanaf de datum van vaststelling van de inbreuk. Als er binnen deze termijn geen kopij werd toegestuurd aan de overtreder,  vervalt de bijzondere bewijswaarde van het proces-verbaal en geldt dit enkel als inlichting. Deze bijzondere bewijswaarde geldt niet als de verkeersgerelateerde inbreuken worden vastgesteld door niet-politionele vaststellers.

l. Kan de sanctionerend ambtenaar bijkomende info vragen met betrekking tot de vaststellingen?

Deze mogelijkheid is in de GAS-wet voorzien. De sanctionerend ambtenaar mag enkel info opvragen die betrekking heeft op de vastgestelde feiten en/of overtreder (bv. een ontbrekende nummer of cijfer op een autokentekenplaat) maar dit betreft geen onderzoeksbevoegdheid.

m. Wat is de termijn om GAS-boete op te leggen?

De termijn om een GAS-boete op te leggen bedraagt 6 maanden, of 12 maanden als er bemiddeling of gemeenschapsdienst tussenkomt. Als er afbetalingstermijnen worden afgesproken in het kader van de bemiddeling kan de termijn van 12 maanden om een boete op te leggen, worden verlengd tot 15 maanden.

n. Wat kan het slachtoffer doen als bemiddeling niet slaagt ?

Bij weigering of niet slagen van de bemiddeling, moet de sanctionerend ambtenaar het slachtoffer inlichten over de andere mogelijkheden die nog voorhanden zijn om zijn rechten te doen gelden.

o. Welke procedure geldt voor de sanctionering van de gedepenaliseerde parkeerinbreuken ?

Voortaan kunnen ook de gedepenaliseerde parkeerovertredingen (o.a. betalend parkeren, parkeren in blauwe zone, bewonerskaart) via de versnelde procedure voor de inbreuken op artikel 3,3° van de GAS-wet (de verkeersgerelateerde inbreuken) afgehandeld worden. Er is dus geen aangetekende briefwisseling nodig in het kader van de afhandeling van deze gedepenaliseerde parkeerovertredingen. De gemeente bepaalt autonoom of zij de gedepenaliseerde parkeerinbreuken wil afhandelen via GAS of via retributies.

p. Is een GAS-boete met uitstel mogelijk?

Voor de inbreuken op artikel 3,3° van de GAS-wet  (de verkeersgerelateerde inbreuken) is het mogelijk een GAS-boete met uitstel op te leggen. Er moet daarbij wel rekening worden gehouden met een referte- en een proefperiode. In de referteperiode wordt nagegaan of de overtreder niet reeds een GAS-boete heeft opgelopen voor een verkeersgerelateerde inbreuk.  In de proefperiode mag evenmin een nieuwe verkeersgerelateerde inbreuk begaan worden. Zowel in de referteperiode als de proefperiode hoeft het niet om een zelfde verkeersgerelateerde inbreuk te gaan. Bovendien wordt enkel rekening gehouden met eerder opgelegde boetes (voor de referteperiode) of nieuwe inbreuken (voor de proefperiode) binnen éénzelfde gemeente. Deze mogelijkheid van uitstel bestaat niet voor de andere inbreuken.   

a. Wijziging antecedentenregeling

Personen die in het verleden een veroordeling opliepen voor onvrijwillige slagen en verwondingen naar aanleiding van een verkeersongeval kunnen voortaan in aanmerking komen voor een aanstelling als GAS-vaststeller. Een zelfde regeling geldt in de wet op de private en bijzondere veiligheid  en de wet gemeenschapswachten zodat voortaan dezelfde antecedentenregeling geldt voor al deze veiligheidsberoepen. 

 

c. Diplomavereiste

De diplomavereiste voor GAS-vaststellers is gewijzigd. Om in aanmerking te komen voor een aanstelling als GAS-vaststeller dien je te beschikken over ofwel:

      • een diploma van het secundair onderwijs (6de jaar ASO, TSO of KSO of 7de jaar BSO (= derde jaar derde graad)), ofwel;
      • een getuigschrift van tweede graad van het secundair onderwijs of een getuigschrift van het lager secundair onderwijs, aangevuld met een nuttige ervaring van 5 jaar ten dienst van de gemeente of overheid/entiteit bedoeld in artikel21 §1, 2° GAS-wet (hiermee worden de niet-gemeentelijke vaststellers bedoeld zoals bij voorbeeld de provinciale of gewestelijke vaststellers). Het is de gemeente/overheid/entiteit die nagaat of de ervaring van de kandidaat – vaststeller al dan niet nuttig is.

b. Wijziging in opleidingsmodules

Iedere kandidaat GAS-vaststeller dient voortaan alle opleidingsmodules te volgen en er examen voor af te leggen. De vrijstelling die voorheen gold voor gemeenschapswacht-vaststellers die geslaagd waren in de opleiding tot gemeenschapswacht geldt niet meer.